Handleiding Aanvraag voor verblijf en arbeid buitenlandse religieuzen

Papierwerk en formulieren

Buitenlanders die voor langer dan drie maanden in Nederland verblijven, hebben een verblijfsvergunning nodig. Als ze willen werken, is er daarnaast een tewerkstellingsvergunning nodig. Op deze pagina’s wordt uitleg gegeven van de aanvraagprocedures voor buitenlandse religieuzen, die van buiten de Europese Unie komen. Voor EU-burgers en voor mensen die in een ander EU-land een permanente verblijfsstatus hebben, zijn de regels soepeler.

Een waarschuwing vooraf: Het Nederlandse migratiebeleid is complex, en de regels veranderen regelmatig. Onderstaande informatie is bijgewerkt tot april 2024. Neem bij vragen of twijfel contact op met de juridisch medewerker van de KNR.

Het verzorgen van aanvragen voor verblijfs- en tewerkstellingsvergunningen is een flinke administratieve opgave en het kost veel geld. Het is verstandig om de aanvragen zo veel mogelijk door één persoon te laten verzorgen. Deze persoon bouwt expertise op over welke verplichtingen aan het verblijf van buitenlandse religieuzen verbonden zijn. Het luistert zeer nauw op welke wijze de aanvraagformulieren voor de buitenlandse religieus worden ingevuld. Belangrijk is om dit op een zodanig uniforme wijze te doen dat ook voor de IND en UWV duidelijk is wat de redenen zijn voor de komst van de buitenlandse religieus en wat deze persoon in Nederland aan activiteiten gaat verrichten.

Belangrijk is derhalve hulp in te roepen van deskundigen op het gebied van het aanvragen van verblijfsvergunningen. Sinds het begin van de totstandkoming van het nieuwe Migratiebeleid werkt de KNR samen met Advocatenkantoor Everaerts. Contactgegevens zijn na te vragen bij de KNR.

Twee routes

Binnen de Vreemdelingenwet zijn er voor buitenlandse religieuzen die voor de allereerste keer verblijf aanvragen in Nederland, twee routes mogelijk voor het aanvragen van een verblijfsvergunning gericht op verblijf op grond van godsdienstige redenen. Voor welke route er gekozen moet worden, hangt voornamelijk af van de reden van de komst van de buitenlandse religieus en welke activiteiten de buitenlandse religieus in Nederland gaat verrichten. De belangrijkste redenen zijn:

  • het bekleden van een interne (bestuurs-) functie
  • versterken van de Nederlandse kloostergemeenschap
  • studie
  • wedertoelating

Omdat studie en wedertoelating slechts incidenteel voorkomen, laten we de uitwerking van deze aanvraagprocedures hier achterwege. Wenst u hierover meer informatie, dan kunt u contact opnemen met de KNR.

Bij langdurig verblijf in Nederland worden de mogelijkheden groter. Een schema hierover vindt u via de link hiernaast.

Referent

Op grond van de Vreemdelingenwet kan de buitenlandse religieus niet zelf de verblijfsvergunning aanvragen. Alleen de referent is bevoegd om een ‘Gecombineerde Vergunning voor Verblijf en Arbeid’ (GVVA) voor de buitenlandse religieus aan te vragen. De referent is het zelfstandige onderdeel binnen het religieus instituut waar de buitenlandse religieus zijn verblijf zal hebben. De referent is verantwoordelijk voor alles wat te maken heeft met het verblijf van de betreffende religieus. De referent heeft de zorgplicht over de buitenlandse religieus en meldingsplicht indien omstandigheden wijzigen die gevolgen hebben voor het verblijf van de buitenlandse religieus. Er bestaat de mogelijkheid erkend referentschap aan te vragen bij de IND. Erkende referenten krijgen wat privileges ten opzichte van niet-erkende referenten. Echter, vanwege de bijzondere positie die religieuze instituten innemen hebben religieuze instituten hier geen profijt van. Bovendien is het kostbaar, omdat hiervoor leges betaald moeten worden.

Let op:

De grens die het UWV hanteert is dat < 50% van de arbeidstijd aan pastorale werkzaamheden mag worden verricht op grond van een verblijfsvergunning als kloosterling, mits uiteraard deze werkzaamheden volgen uit de doelstelling/statuten/constituties van het religieus instituut. In geval dat méér dan 50% pastorale activiteiten worden verricht dient de verblijfsvergunning van de betreffende buitenlandse religieus te worden omgezet in een verblijfsvergunning voor ‘voorgangers’.

Worden de pastorale activiteiten voor een bisdom verricht dan zal het referentschap overgaan van het religieus instituut naar het bisdom. Voor de IND zal dan het bisdom als eerste aanspreekpunt gelden. Doet deze situatie zich voor dan:

  1. is het bisdom referent en niet meer het religieus instituut
  2. moet de verblijfsvergunning worden omgezet in een verblijfsvergunning voor ‘voorgangers’

Het bisdom wordt namelijk door de IND/UWV beschouwd als “werkgever” van de buitenlandse religieus. Het is dan belangrijk dat uw religieus instituut heldere afspraken met het bisdom hierover maakt. Hiermee voorkomt u dat er onduidelijkheden ontstaan. Het bisdom dient tijdig een verlenging van verblijf aan te vragen. Voor de IND zal namelijk het bisdom het eerste aanspreekpunt zijn.

Verplichtingen referent

Als referent hebben religieuze instituten wettelijke plichten:

  1. informatieplicht: Wijzigingen van taken van de buitenlandse religieus, wijziging van locatie werkzaamheden/ werkgever of wijziging van andere omstandigheden die gevolgen kunnen hebben voor de verblijfsstatus van de buitenlandse religieus, dient de referent tijdig aan de IND door te geven. Betreft het wijzigingen van de aanstelling van de buitenlandse religieus, dan geldt een termijn van 6 weken. Voor wijzigingen van gegevens van de referent, zoals een adreswijziging, geldt een termijn van 2 weken.
  2. administratie-en bewaarplicht: Dit betreft het bewaren en administreren van de verblijfsdocumenten e.d. Deze gegevens moet de referent tot vijf jaar bewaren nadat de relatie tussen de referent en de buitenlandse religieus is beëindigd, zoals na terugkeer van de buitenlandse religieus naar land van herkomst. Als de IND hierom vraagt, moet u deze gegevens kunnen laten zien.

Indien niet aan de verplichtingen wordt voldaan, riskeert de referent een bestuurlijke boete van max. €3.000,- per overtreding. Meer informatie over verplichtingen die een referent heeft, is te vinden op de website van de IND: Verplichtingen referent arbeid

Verblijfstatus 0- 5 jaar in Nederland

Kortdurend verblijf (max 90 dagen)

Aan te raden is om buitenlandse religieuzen allereerst voor korter dan 3 maanden in Nederland te laten komen, om te zien of de betreffende persoon past binnen de kloostergemeenschap en of de betreffende persoon zich ook thuis voelt in Nederland. Afhankelijk van de nationaliteit van de buitenlandse religieus, dient voor een kort verblijf van maximaal drie maanden een visum te worden aangevraagd. Voor het aanvragen van een visum kunt u het beste contact opnemen met de gemeentelijke dienst van uw woonplaats of de website van de IND raadplegen: www.ind.nl onder het kopje “kort verblijf”.

Eerste aanvraag verblijfsvergunning en tewerkstellingsvergunning (GVVA)

Wanneer een buitenlandse religieus naar Nederland komt voor langer dan 90 dagen, dient er een ‘Gecombineerde Vergunning voor Verblijf en Arbeid’ (GVVA) te worden aangevraagd. Veel en bruikbare informatie vindt u op de website van de IND: Arbeid in loondienst – Gecombineerde vergunning voor verblijf en arbeid (GVVA) IND

Voor religieuzen gelden gedeeltelijk andere voorwaarden voor het verkrijgen van een verblijf- en werkvergunning dan voor andere buitenlanders die naar Nederland komen om te werken. Dat komt omdat een werkgeversrelatie ontbreekt tussen het religieus instituut en haar leden.

Er zijn twee hoofdroutes te onderscheiden onder de GVVA-procedure namelijk:

Route 1. Geestelijke bedienaren die hoofdzakelijk pastorale werkzaamheden verrichten en naar buiten treden met een godsdienstige boodschap, zoals pastors, kapelaans, godsdienstleraren e.d. Deze geestelijke bedienaren worden aangemerkt als “voorgangers”.

Route 2. Geestelijke bedienaren die hoofdzakelijk deelnemen aan een religieuze gemeenschap van een religieus instituut in Nederland of interne (bestuurs-)functies binnen de kloostergemeenschap bekleden en derhalve niet hoofdzakelijk met een godsdienstige boodschap naar buiten treden. Deze religieuzen worden aangemerkt als “kloosterling”.

Aan te raden is om voor de eerste drie jaren van verblijf in Nederland te kiezen voor route 2 van “kloosterling”. Hiermee krijgt de buitenlandse religieus tijd om zich de Nederlandse taal en cultuur eigen te maken en hoeft de buitenlandse religieus nog niet te voldoen aan de aangescherpte inburgeringsplicht die voor voorgangers wel verplicht is.

GVVA- aanvraagdossier

Belangrijk is dat degene die belast is met het aanvragen van de GVVA pas de aanvraag indient bij de IND op het moment dat het gehele aanvraagdossier compleet is. Begin derhalve vroegtijdig met het verzamelen van alle vereiste informatie en documenten, zodat het aanvraagdossier tijdig bij de IND kan worden ingediend. Welk aanvraagformulier en welke documenten de IND nodig heeft, kunt u nalezen op de website van de IND. Ook bij de KNR is een checklist van de benodigde informatie en documenten op te vragen. Daarnaast kan bij de KNR een modelverklaring van de referent worden opgevraagd dat kan dienen als begeleidend schrijven bij het aanvraagdossier. aanvraagformulier voor een gecombineerde vergunning voor verblijf en arbeid (GVVA) is te downloaden op de website IND: aanvraagformulier voor een gecombineerde vergunning voor verblijf en arbeid (GVVA) is te downloaden op de website IND
Officiële buitenlandse documenten, zoals een geboorteakte, moet u laten legaliseren en vertalen naar het Nederlands, Engels, Frans of Duits. Meer informatie hierover kunt u vinden op: buitenlandse documenten legaliseren

De maximale geldigheid van zo’n GVVA is drie jaar. Een aanbeveling is om dan ook de GVVA voor drie jaar aan te vragen. Hiermee voorkomt u een tussentijdse verlengingsnoodzaak en bespaart u leges. De leges zijn de kosten die gemoeid zijn voor het beoordelen van de verblijfsaanvraag.

De officiële termijn waarin de IND de aanvraag in behandeling mag nemen is 90 dagen. De praktijk wijst uit dat de IND vaak niet meer dan een maand nodig heeft om met een beslissing te komen; maar dat hangt af van de complexiteit van het aanvraagdossier. Desondanks is het belangrijk dat uw instituut tijdig de complete aanvraag indient.

Verlenging verblijfsvergunning

Vraag tijdig een verlenging van de verblijfsvergunning aan indien de buitenlandse religieus langer zal blijven dan de periode waarvoor de verblijfsvergunning is verleend! Buitenlandse religieuzen kunnen pas na de eerste 5 jaren van verblijf in Nederland in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd of voor het Nederlanderschap. Met andere woorden, na de eerste verblijfsvergunning dient deze verblijfsvergunning voor bepaalde tijd te worden verlengd. De wijze waarop de verlenging dient te worden aangevraagd is gelijk aan de eerste aanvraagprocedure voor verblijf, mits de omstandigheden voor verblijf ongewijzigd blijven.

Arbeid gedurende de eerste 5 jaren van verblijf

Op basis van de eerste verblijfsvergunning voor bepaalde tijd als kloosterling/ zendeling/ voorganger (tussen 0-5 jaar) mag de buitenlandse religieus alleen die werkzaamheden verrichten die in lijn zijn met de doelstelling van het religieus instituut en die ook de Nederlandse religieuzen van het religieus instituut normaal gesproken verrichten.

Wanneer het religieus instituut contemplatief van aard is, mogen ook de buitenlandse religieuzen niet naar buiten treden (door bijvoorbeeld maatschappelijk werk te verrichten of iets dergelijks).

Wanneer het religieus instituut actief van aard is en doelstellingen heeft als jeugdzorg, onderwijs of ouderenzorg of iets vergelijkbaars, dan mogen ook buitenlandse leden van het religieus instituut activiteiten verrichten op dit vlak. Het is niet de bedoeling dat de buitenlandse religieus werkzaamheden gaat verrichten die eigenlijk als betaalde baan kunnen worden aangemerkt, zoals werken als leerkracht godsdienst op een school of als verpleger in een ziekenhuis. Hiervoor is de verblijfsvergunning niet bedoeld.

Verblijfstatus > 5 jaren in Nederland

1.        Wijziging arbeidsmarktaantekening naar “arbeid vrij toegestaan”

Wanneer de buitenlandse religieus onafgebroken 5 jaar in Nederland verblijft, kan de buitenlandse religieus ander werk naast zijn/haar activiteiten als religieus verrichten. De buitenlandse religieus krijgt dan automatisch de aantekening “arbeid vrij toegestaan” op diens verblijfpas bij de eerstvolgende verlenging van diens verblijf of op aanvraag door het religieus instituut, wanneer hij of zij bijvoorbeeld na 5 jaar nog geen verlenging van diens GVVA hoeft aan te vragen, omdat deze na de eerste 5 jaren van verblijf nog niet is afgelopen.

2.       Vervolgaanvraag verlenging verblijfsvergunning arbeidgerelateerde verblijfsdoelen (referent) na verlopen van GVVA

Gekozen kan worden voor een vervolgaanvraag op de GVVA bij de IND voor arbeidgerelateerde verblijfsdoelen. Deze vergunning wordt in beginsel voor 5 jaar verleend. De buitenlandse religieus krijgt ook op diens verblijfpas de aantekening “arbeid vrij”. Daarmee kan deze dus vrij gaan werken, mits het werk waarvoor de verblijfsvergunning is verleend bij de referent niet in het geding komt. Wanneer het werk de hoofdmoot wordt, dan zal de feitelijke werkgever moeten optreden als referent. De buitenlandse religieus zal een aanbod voor een arbeidsovereenkomst moeten hebben voor (on-)bepaalde tijd en dit overleggen met de IND/UWV. Wil de buitenlandse religieus deze optie gebruiken als opstap naar een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd, dan zal de buitenlandse religieus moeten kunnen aantonen dat hij/zij minimaal een jaar lang heeft voldaan aan het minimumloonvereiste. In dat geval is het wijs om een arbeidsovereenkomst te krijgen voor onbepaalde tijd of voor langer dan 1 jaar. Meer informatie is te vinden op de website IND: IND over verlengen verblijfsvergunning

3.      Verblijfsvergunning voor reguliere arbeid

Wanneer de buitenlandse religieus zicht heeft op een betaalde baan bij een reguliere werkgever, kan een verblijfsvergunning voor reguliere arbeid worden aangevraagd. De arbeidsovereenkomst dient nog tenminste voor een volledig jaar geldig te zijn op de dag waarop de aanvraag of de melding door de IND wordt ontvangen. Het salaris moet voldoen aan het wettelijke minimumloon.

Het religieus instituut kan zich afmelden als referent en de reguliere werkgever meldt zich bij de IND aan.

4.       Aanvragen van een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd met eigen inkomen

Indien voldaan kan worden aan de onderstaande voorwaarden, kan de buitenlandse religieus in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd. De buitenlandse religieus moet:

  • vijf jaar of langer zonder onderbreking in Nederland wonen met een geldige verblijfsvergunning als geestelijke bedienaar (kloosterling/voorganger);
  • een geldige verblijfsvergunning hebben;
  • ingeschreven staan in de gemeentelijke basisadministratie (GBA) van diens woonplaats;
  • een geldige zorgverzekering hebben;
  • geen strafblad hebben of strafrechtelijk worden vervolgd; in Nederland niet en in het buitenland niet;
  • een inburgeringsexamen hebben behaald of daarvan zijn vrijgesteld;
  • beschikken over een zelfstandige en door de IND erkende bron van inkomsten.

Deze laatste voorwaarde houdt in dat de buitenlandse religieus moet beschikken over zelfstandig inkomen, uit een door de IND erkende bron. Arbeid in loondienst of als zelfstandige worden door de IND erkend. Voor andere bronnen moet dit van geval tot geval worden beoordeeld. Het moet gaan om eigen inkomsten van de buitenlandse religieus. Het inkomen moet nog ten minste 12 maanden beschikbaar zijn op de dag van de aanvraag en ten minste zo hoog zijn als het geldende normbedrag. Deze bedragen worden ieder halfjaar, op 1 januari en 1 juli, herzien. Voor arbeid in loondienst geldt dat het SV-loon ten minste zo hoog moet zijn als het vermelde bedrag. Zie: normbedragen inkomenseis. Met andere woorden, wil de buitenlandse religieus in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd, dan dient deze zicht te hebben op een betaalde baan met een salaris gelijk aan het wettelijke minimumloon bij een reguliere werkgever, waarbij de arbeidsovereenkomst nog tenminste een volledig jaar geldig is op de dag waarop de aanvraag door de IND wordt ontvangen.

Let op: Indien de buitenlandse religieus de AOW-gerechtigde leeftijd al heeft bereikt vervalt de inkomensvereiste.

Procedure

Om een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd te krijgen, moet u een aanvraag indienen bij de IND. Het is van groot belang dat deze aanvraag op het juiste moment wordt ingediend en daarbij de juiste stukken worden overgelegd. Het is dan ook verstandig vroegtijdig navraag te doen bij de KNR of Everaerts Advocaten. De IND moet binnen 6 maanden beslissen. Meer informatie is te vinden op de website van de IND: Onbepaalde tijd na 5 jaar verblijf in Nederland

5.       Nederlanderschap

Dit betreft het aanvragen van een Nederlands paspoort. Hiervoor hoeft de buitenlandse religieus niet te voldoen aan het minimumloonvereiste, maar net als iedere andere buitenlandse burger wel aan de inburgeringsvereiste. Er zijn twee aanvraagprocedures om Nederlander te worden, namelijk opteren of naturalisatie. Voor beide aanvraagprocedures gelden tal van voorwaarden. Welke aanvraagprocedure gevolgd moet worden, hangt af van de persoonlijke omstandigheden van de buitenlandse religieus. Het is dan ook goed om eerst na te gaan of de buitenlandse religieus voldoet aan de voorwaarden van één van deze twee aanvraagprocedures. De lengte van de procedure tot naturalisatie varieert tussen de 6 en 12 maanden. De lengte van de procedure voor optie bedraagt 13 weken. Aanbeveling is om naast verlenging van de huidige verblijfsstatus de procedure voor het Nederlanderschap aan te vragen, zodat voorkomen wordt dat er een gat ontstaat in verblijf.

Consequentie van het aanvragen van het Nederlanderschap is dat de buitenlandse religieus zijn of haar oorspronkelijke nationaliteit kan verliezen. Meer informatie is te vinden op de website van de IND: Nederlanderschap .

Verblijfstatus > 10 jaren in Nederland

1.       Verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd (zonder eigen inkomen)

De buitenlandse religieus kan in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd na 10 jaar in Nederland te verblijven met een geldige verblijfsvergunning. Anders dan na 5 jaar verblijf vervalt de inkomenstoets. Wel geldt de inburgeringsverplichting net als voor andere buitenlandse burgers die in Nederland verblijven. De beslistermijn voor de IND bedraagt 3 maanden.

2.       Nederlanderschap

Voor informatie wordt verwezen naar het hierboven vermelde punt 5 ‘Nederlanderschap’.

Kosten

Afgezien van de reiskosten en de kosten die gemoeid zijn met het legaliseren van documenten in het land van herkomst en ambassade/ consulaatbezoeken in het land van herkomst, zijn ook aan het aanvragen van verblijfsvergunningen kosten verbonden. Voor elke aanvraag van verblijf en voor elke wijziging van de verblijfsstatus dienen leges te worden betaald. De hoogte van de leges worden jaarlijks vastgesteld. De hoogte van de leges hangt af van de soort aanvraag van verblijf. Zo zijn aanvragen voor een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd duurder dan voor onbepaalde tijd. Voor een eerste aanvraag van verblijf, verlenging en wijziging verblijfsdoel moet rekening gehouden worden met ruim €300,-. Een actueel overzicht van alle leges zijn te vinden op de website van de IND: legeskosten.

Verder dient u rekening te houden met kosten die gemoeid zijn met de inburgeringsplicht, zoals inburgeringsexamen en scholing, taalcursussen e.d.

Daarnaast dient u rekening te houden met de kosten van de juridische dienstverlening als u gebruik wenst te maken van een jurist die gespecialiseerd is in immigratierecht. Met Everaert Advocaten heeft de KNR hierover afspraken gemaakt. Voor meer informatie kunt u zich tot de KNR wenden of tot Advocatenkantoor Everaerts.